Sinds 1993 is het gebruik van asbest verboden, maar daarvoor was het een populair, goedkoop en isolerend bouwmateriaal. In huizen die voor 1993 gebouwd zijn, zit daarom nog vaak asbest verstopt.

Om na te gaan of er in jouw woning of bedrijfsgebouw asbest zit, moet je een asbestinventaris laten opmaken. Die asbestinventaris wordt opgesteld door een deskundige die langskomt en alle asbesthoudende materialen in jouw woning op een rijtje zet.

Werkgevers zijn in heel België verplicht om een asbestinventaris van de werkomgeving te laten opmaken en in Vlaanderen zal in de nabije toekomst een asbestattest voor alle gebouweigenaars verplicht worden.

Wie maakt een asbestinventarisatie op?

De Vlaamse milieuwetgeving bepaalt dat je een gecertificeerde asbestdeskundige moet inschakelen om een asbestattest te bekomen.

Dat gebeurt via een wettelijk gekaderde inspectieprocedure. De expert heeft daarvoor een opleiding gevolgd en is in het bezit van een specifiek certificaat, erkend door de OVAM.

De federale arbeidswetgeving maakt daarentegen geen onderscheid tussen erkende en niet-erkende asbestdeskundigen. In principe mag de werkgever zelf een asbestinventaris opmaken, eventueel met de hulp van een preventieadviseur. In de praktijk gebeurt dat amper en doet de werkgever een beroep op een deskundige die samenwerkt met een erkend labo.

Hoeveel kost een asbestinventarisatie?

Hoeveel je betaalt voor een asbestinventarisatie hangt af van verschillende factoren. Onder andere het type onderzoek bepaalt de prijs.

 
Type onderzoek Wat wordt er gedaan? Gem. prijs
 Asbest onderzoek type 0  Alleen visuele inspectie 100 à 200 euro
 Onderzoek type a Visuele inspectie en staalafnames vanaf 300 euro
 Onderzoek type B Visuele inspectie, staalafnames,
zwaarder destructief onderzoek
vanaf 650 euro

Wanneer meerdere staalmonsters afgenomen moeten worden, zal je logischerwijs ook meer moeten betalen. De kostprijs van de asbestinventarisatie hangt daarnaast ook af van hoe groot de ruimtes zijn die geïnspecteerd moeten worden.

Type A, B en 0

Bij de niet-destructieve asbestinventaris onderscheidt men type A en type 0. Is er licht destructief werk vereist of moeten er stalen afgenomen worden, dan spreekt men van een asbestinventarisatie type A.

Wanneer bij onderzoek van type A aanwijzingen zijn gevonden dat er verborgen asbest aanwezig is in het gebouw, moet alsnog een asbestonderzoek van type B plaatsvinden.

Wanneer enkel een visuele inspectie nodig is, spreekt men van een asbestinventarisatie type 0. Je moet wel weten dat je met de resultaten van dat soort onderzoek geen asbestsaneringsprocedure kan starten.

Contacteer een keurder in je buurt

VIDEO: Wat moet je weten over de strijd tegen asbest?

Bekijk hier een filmpje met meer uitleg over het asbestinventaris

Asbestattest nodig? Certiweb vindt een asbestdeskundige in jouw regio.

Vind een deskundige in je buurt

Veelgestelde vragen over asbestinventarisatie

Waarom moet een asbestinventarisatie opgesteld worden?

Asbest werd lange tijd veelvuldig gebruikt in de bouwsector. Het was stevig, vuurvast, isolerend en vooral goedkoop. Niet vreemd dus dat het heel erg populair was. Na onderzoek bleek echter dat asbest kankerverwekkend was en daarom werd het gebruik ervan in 1993 aan banden gelegd.

Vandaag vind je asbest nog vooral terug in daken en schoorstenen, plafonds, vinylvloeren, afvoerleidingen, kabels, oude toiletten, raamkozijnen en bloembakken. Zolang het asbesthoudend materiaal niet beschadigd is, kan het in principe geen kwaad. Wanneer het materiaal echter begint af te takelen, kunnen er schadelijke stoffen vrijkomen. De asbestinventarisatie zal de eventuele risico’s en gevaren goed in kaart brengen zodat je in gezonde omstandigheden kan wonen of werken.

Welke soorten asbestinventarisaties bestaan er?

Wanneer je van plan bent om een gebouw te slopen of grondig te renoveren, heb je een destructieve asbestinventaris nodig. Die wordt opgesteld voor de sloop- of renovatiewerken beginnen. De destructieve asbestinventaris beschrijft niet alleen de waarneembare asbesthoudende materialen, maar ook de materialen die niet zichtbaar zijn met het blote oog, maar wel vrij zullen komen tijdens de werken. Daarvoor moeten onder andere gaten geboord worden. Dankzij de adviezen in de destructieve asbestinventaris kan je vervolgens de asbesthoudende materialen veilig en selectief wegnemen. Dit soort asbestinventarisatie wordt aangeduid als type B.

Een niet-destructieve asbestinventaris beschrijft enkel de asbestbronnen die je met het blote oog kan zien. De asbestexpert zal tijdens de inspectie dus nooit in de muren boren of de vloer weghalen om asbest te vinden, in tegenstelling tot de destructieve asbestinventaris. Dat neemt niet weg dat de asbestdeskundige soms stalen moet nemen en dus kleine beschadigingen moet aanbrengen. Die stalen zijn nodig voor een laboanalyse om met zekerheid te kunnen bepalen of een materiaal al dan niet asbesthoudend is.

Wat is het verschil tussen type A, O en B?

Bij de niet-destructieve asbestinventaris onderscheidt men type A en type 0. Is er licht destructief werk vereist of moeten er stalen afgenomen worden, dan spreekt men van een asbestinventarisatie type A.

Wanneer bij onderzoek van type A aanwijzingen zijn gevonden dat er verborgen asbest aanwezig is in het gebouw, moet alsnog een destructief asbestonderzoek van type B plaatsvinden.

Wanneer enkel een visuele inspectie nodig is, spreekt men van een asbestinventarisatie type 0. Je moet wel weten dat je met de resultaten van dat soort onderzoek geen asbestsaneringsprocedure kan starten.